Minder regels, meer hypotheken

Nibud-normen hebben ervoor gezorgd dat aanzienlijk minder mensen dan voorheen een hypotheek kunnen afsluiten. Maar kloppen die normen wel? In de praktijk blijkt dat de meeste mensen hun hypotheek pas niet meer betalen als ze hun werk kwijtraken of van hun partner scheiden. Dit staat los van de op het reguliere huishoudpotje gerichte Nibud-normen. En dus…is het niet tijd voor minder regels, zodat weer meer mensen een hypotheek kunnen afsluiten?

Nederland betaalt zijn hypotheek gewoon

ABF Research heeft onderzoek gedaan naar de strengere regelgeving voor hypotheken en concludeert dat onnodig veel potentiële huizenkopers door te strenge regelgeving geen kans hebben op een hypotheek. Opvallend is dat de Nibud-normen die de basis voor de regelgeving vormen, gericht zijn op het huishoudpotje van gezinnen. De reden waarom mensen hun hypotheek niet meer kunnen betalen, is echter meestal te vinden in (onvoorziene) incidenten, zoals ziekte, een ongeval, ontslag of een echtscheiding. De Nibud-normen staan daar volledig los van. Bovendien; zelfs tijdens de crisis bleef het overgrote deel van de Nederlandse huishoudens de hypotheek gewoon betalen. Het risico op wanbetaling is in Nederland minder dan 5%, wat internationaal gezien laag is. Het aantal gedwongen verkopen was zelfs tijdens het hoogtepunt van de crisis minder dan 0,1% van het aantal verstrekte hypotheken. Dus zijn al die regels eigenlijk wel nodig?

Het gevaar van de strenge hypotheekregels

Het enige wat de strenge regels lijken te doen, is onnodig veel mensen toegang tot een hypotheek ontzeggen. Dat is jammer voor deze mensen, maar er schuilt ook een reëel gevaar in voor de woningmarkt. Als mensen geen hypotheek krijgen, blijven ze noodgedwongen in hun sociale huurwoning wonen. Daardoor ontstaan langere wachtlijsten voor sociale huurwoningen en loopt de woningmarkt langzaam vast. Nu helpt de lage rente nog, maar de woningprijzen stijgen – en ooit zal dat ook weer gelden voor de hypotheekrente. Over een paar jaar komen starters daardoor niet meer aan bod, omdat het spaarpotje dat ze opbouwen de prijsstijging van woningen (en hypotheekkosten) niet kan bijhouden. Deze mensen kunnen straks geen woning meer kopen – en voor sociale huur verdienen ze vaak te veel. Daardoor zitten in de toekomst tussen de 600.000 en een miljoen huishoudens klem.

De oplossing

De enige oplossing lijkt het versoepelen van de regels. Om eerder genoemde redenen schuilt daar minder gevaar in dan algemeen wordt gedacht. De grote groep die nu tussen de wal en het schip valt, krijgt daardoor weer een kans – en daarmee krijgt de woningmarkt weer een kans. Wat er moet gebeuren? Mensen met een modaal inkomen zouden meer leenruimte kunnen krijgen. Er kan gelet worden op het energiecertificaat (energiezuinige woningen kosten maandelijks minder, waardoor meer budget overblijft). Jonge mensen met een hoge opleiding zouden ruimte voor een hogere hypotheek kunnen krijgen, omdat ze naarmate ze ouder worden waarschijnlijk meer gaan verdienen. En er kan bijvoorbeeld meer rekening worden gehouden met het tweede inkomen bij tweeverdieners. Of het zover komt? De tijd zal het leren.